Hanna van Hendrik was de eerste productie die actrice en initiatiefnemer Johanna ter Steege en regisseur Liesbeth Colthof op de planken brachten in de hangaar van vliegveld Twente in Enschede. Drie jaar na die eerste voorstelling staat er nu een volgende productie te schitteren in deze hal, namelijk De Vergeten Twentse Lente. De ondertitel luidt ‘theaterspektakel’ en dat is onbetwist het woord dat eer doet aan deze voorstelling.

Opnieuw wordt er een verhaal verteld van de Twentse gemeenschap en gaan Johanna en Liesbeth moeilijke onderwerpen niet uit de weg. Het verhaal draait om de staking die plaatsvond in 1943, als verzet tegen de Duitse overheersing. Je ziet scheuring in families, ruzies tussen dorpsgenoten, verraad en heldendaden. Op sublieme wijze zijn al die onderwerpen doorgezet naar het heden en wordt er in deze voorstelling dan ook continu, maar moeiteloos, geswitcht naar de verschillende tijdsvakken. Er spelen veel verhaallijnen door elkaar, maar toch is het verhaal goed te volgen.

Zowel in het heden als het verleden volgen we de familie de Lange. Fenna de Lange (gespeeld door Johanna ter Steege) wordt burgemeester van het dorp waarin ze is grootgebracht. Binnen haar gezin zorgt dit voor heel wat onrust, aangezien ze jarenlang vrijwel niets van zich heeft laten horen. Ze trok het niet dat haar moeder zich liet blijven achtervolgen door het oorlogsverleden, en is vertrokken naar Brussel, waar ze zich heeft opgewerkt in de politiek. Bij haar terugkomst ontmoet ze haar jeugdvriend Luuk (gespeeld door Stefan de Walle), waar de sporen van de oorlog ook nog altijd pijnlijk zichtbaar blijven. De Amerikaanse Benjamin (gespeeld door Rabbi Jallo) blijkt met dit verleden te maken te hebben en zijn komst naar het dorp zorgt voor een grote opschudding. Het wordt Fenna’s taak om de orde binnen het gezin én binnen de stad weer te herstellen. Hiervoor moet ze zelf terugkijken in het verleden, ook wanneer dat pijn doet.

De productie is werkelijk gigantisch. Naast de negen hoofdpersonen van het stuk doen er ontzettend veel leden van plaatselijke amateurtoneelverenigingen mee in het ensemble en zijn er ook veel vrijwilligers op de been op de productie tot een succes te maken. Ook spelen er om beurten vijf jonge meisjes mee in de voorstelling. Tijdens de première op 29 april werd deze rol vertolkt door Isabel Merbis. Tijdens het nummer ‘Nacht’ pakte ze het hele publiek in en wond ze iedereen om haar vinger. Het hele stuk wordt überhaupt zeer versterkt door prachtige liederen. Deze pareltjes zijn geschreven en gecomponeerd door Helge Slikker en Boudewijn de Groot. Ze hebben hiermee een stuk vakwerk afgeleverd, waar vakvrouwen Lucretia van der Vloot en Roosmarijn Luyten zich vervolgens weer goed raad mee wisten. Het hele stuk door was het zangniveau hoog en zij tilden dit met z’n tweeën naar een nog hoger level.

Een andere opvallende verschijning is Laus Steenbeeke. Als typische Twentenaar en na zijn succesvolle vertolking van zijn rol in Hanna van Hendrik, mocht hij natuurlijk niet in dit stuk ontbreken. Zijn grote hoeveelheden tekst en de geloofwaardigheid waarmee hij de continue verontwaardiging en opgefoktheid van zijn rol neerzet zijn bewonderenswaardig en indrukwekkend. Die overtuiging wordt versterkt door het moeiteloos doorrazen in dialect en door de grappen in zijn tekstgedeeltes. Hierdoor heeft hij gedurende de voorstelling de lachers op de hand.

Alles speelt zich af in een gigantisch decor dat op drie plekken in de Hangaar verspreid zijn. Met zeer veel zorg is het decor samengesteld en zeker bij de eerste acte weet je werkelijk niet waar je kijken moet. Er gebeurt zó veel, dat je gerust een tweede of een derde keer kunt komen kijken naar de voorstelling. Dan nog zul je nieuwe dingen zien. De opzet van het verhaal is zeer overtuigend. Helaas is de afwerking van het verhaal dat niet. Omdat er zo veel verhaallijnen door elkaar lopen en het tijd kost om al die verhalen neer te zetten, kan niet alles tot een passend einde worden uitgespeeld. Dit gegeven is dan wel weer passend voor het overkoepelende verhaal, want de lichamen van de slachtoffers van de stakingen zijn nooit meer gevonden en dus heeft dat verhaal ook een open einde.

In het geval van de voorstelling wordt het einde juist heel mooi (abstract) afgerond, maar andere verhaallijnen worden niet afgemaakt. Daarnaast is het niet altijd helemaal te volgen voor de rasechte ABN’ers in de zaal, omdat vrijwel de hele voorstelling in dialect gesproken wordt. Dit geeft het stuk gelukkig wel gelijk zijn charme, dus de kans is groot dat dit niet als hinderlijk ervaren wordt. Al met al is de hele voorstelling zeer indrukwekkend en van buitengewoon hoog niveau. Dit theaterspektakel doet eer aan zijn doel, namelijk Twents cultureel erfgoed bewaren door diepgewortelde verhalen te tonen op spectaculaire wijze. De geschiedenis werkt door in het heden en door dit soort verhalen te blijven vertellen, kunnen we in de huidige gepolariseerde samenleving leren van waar in de geschiedenis zo keihard voor is gevochten. Door dit soort theateruitingen zullen de mensen die fundamenteel geschiedenis hebben geschreven niet vergeten worden en hopelijk groeit de drive bij de samenleving om zulke gebeurtenissen nooit meer te laten gebeuren. Johanna zegt zelf: laat de bussen vanuit het hele land maar weer komen, want mensen moeten dit zien. Wij zijn dit met haar eens!

De Vergeten Twentse Lente speelt nog tot 18 juni in Enschede. Kaarten kunnen worden besteld op www.devergetentwentselente.nl.

Verslag Jenny Evendijk
Foto’s: Mariska Steenbergen