Het verhaal van de voorstelling
De twee hoofdpersonen van `De furie van Dokkum’ zijn Hendrik van Bra (Boy Ooteman) en de Katrina Foppes Posthuma (Nynke Heeg). Katrina is de echtgenoot van een stuurman op de Oostzeevaart. Door de Allerheiligenvloed is zijn schip waarschijnlijk vergaan, maar er is nooit een stoffelijk overschot gevonden. Katrina heeft tijdens zijn afwezigheid altijd kunnen bestaan van haar vishandel. Maar nu heeft ze het geld van een erfenis nodig om een nieuwe viskar te kunnen laten maken. Alleen: als getrouwde vrouw is ze in de zestiende eeuw voor de wet handelingsonbekwaam. Als weduwe zou ze wel zelf haar geld mogen beheren. Katrina probeert haar man dood te laten verklaren, maar de arts (Hendrik van Bra) weigert deze verklaring zonder nader bewijs af te geven. Katrina wordt furieus over hoe ze klein wordt gehouden.
Tegen de arts, maar nadien tegen iedereen die haar autonomie betwist of aantast. Zo’n vrouw krijgt in het Dokkum van die tijd de naam een kenau te zijn. Hendrik van Bra is meteen onder de indruk van de felheid van Katrina, en zou haar getemd graag als zijn echtgenote zien. Iets van The Taming of the Shrew van tijdgenoot Shakespeare echoot door in de omgang tussen Hendrik en Katrina.
De aanleiding
Het verhaal
De twee hoofdpersonen van `De furie van Dokkum’ zijn Hendrik van Bra (Boy Ooteman) en de Katrina Foppes Posthuma (Nynke Heeg). Katrina is de echtgenoot van een stuurman op de Oostzeevaart. Door de Allerheiligenvloed is zijn schip waarschijnlijk vergaan, maar er is nooit een stoffelijk overschot gevonden. Katrina heeft tijdens zijn afwezigheid altijd kunnen bestaan van haar vishandel. Maar nu heeft ze het geld van een erfenis nodig om een nieuwe viskar te kunnen laten maken. Alleen: als getrouwde vrouw is ze in de zestiende eeuw voor de wet handelingsonbekwaam. Als weduwe zou ze wel zelf haar geld mogen beheren. Katrina probeert haar man dood te laten verklaren, maar de arts (Hendrik van Bra) weigert deze verklaring zonder nader bewijs af te geven. Katrina wordt furieus over hoe ze klein wordt gehouden.
Tegen de arts, maar nadien tegen iedereen die haar autonomie betwist of aantast. Zo’n vrouw krijgt in het Dokkum van die tijd de naam een kenau te zijn. Hendrik van Bra is meteen onder de indruk van de felheid van Katrina, en zou haar getemd graag als zijn echtgenote zien. Iets van The Taming of the Shrew van tijdgenoot Shakespeare echoot door in de omgang tussen Hendrik en Katrina.
Als het Spaanse leger de stad terug wil veroveren na een onverwachte overval door de watergeuzen, zoekt Hendrik van Bra een schuilplaats, van waaruit hij zijn observaties over het verloop doet. Katrina vecht als een Dokkumse Kenau van Haselaar. Desondanks veroveren de Spanjaarden de stad, plunderen die en steken een groot deel ervan in brand en vermoorden de mannen. Katrina zorgt ervoor dat Hendrik de dans ontspringt. Ze worden een stel. Hoe moet dat nou met de handelingsonbekwaamheid van Katrina?
De thematiek
Genderrollen en -opvattingen zijn hard aan het schuiven. Vrouwen zijn al lang meer dan de spiegel van de man. Vrouwen hebben traditioneel-mannelijke rollen en net andersom. De voorstelling stoeit met de traditionele rollen en stelt daarmee de vraag naar de positie van het vrouwelijke en het mannelijke in de eigentijdse maatschappij.
Hoofdpersoon Katrina legt zich niet neer bij de traditionele tweederangspositie van de vrouwen. Katrina is ambitieus, een vechter. Hendrik van Bra is daarentegen voorstander van een vredelievende houding en kwetsbaar. In haar gedrag is Katrina in niets een van de clichébeelden van de vrouw: niet de maagd, niet de moeder, niet de hoer, niet de heks. Evenzo is Hendrik van Bra niet de belichaming van de traditioneel mannelijke eigenschappen als kracht, moed en ratio. Het is juist dit afwijkende van Katrina dat Hendrik aantrekt. Katrina daarentegen verwijt Hendrik diens gebrek aan mannelijkheid. Pas als ze samen een levensbedreigende situatie hebben overwonnen geven ze zich gewonnen. Met als confronterende werkelijkheid dat een huwelijk Katrina opnieuw handelingsonbekwaam zou maken. Het schrijfproces is nog niet zo ver dat we al een vaststaand antwoord hebben op de vraag hoe zij daarop reageert…
Een tweede subthema is de positie in kwesties van oorlog en vrede. De algemene naoorlogse afkeuring van de inzet van wapens wordt na de inval van de Russen met betrekking tot de Oekraïense verdediging door velen gerelativeerd. De voorstelling stelt de vraag of en wanneer geweld gerechtvaardigd en onvermijdelijk is. Doordat Katrina en Hendrik daar een tegengestelde positie over innemen, komt de vraag naar de eigen positie bij het publiek te liggen.