Op zondag 27 juli 2025 ging het theaterspektakel Het geluk van Limburg, gebaseerd op het gelijknamige boek van Marcia Luyten, in de Rodahal in Kerkrade in première. De musical vertelt over de opkomst en ondergang van de mijnindustrie gezien door de ogen van drie familiegeneraties: een geschiedenis die ‘slechts’ zeventig jaar heeft geduurd en toch generatie op generatie heeft gevormd en nog steeds ontroert.

Het verhaal

Het geluk van Limburg vertelt het verhaal van de Limburgse mijnwerker Huub Vincken, gespeeld door Huub Stapel. Tegen de achtergrond van de mijnbouwgeschiedenis ontvouwt zich een aangrijpende familiekroniek. Het verhaal begint in 1970, wanneer kleinzoon Sjefke zijn opa meevraagt naar de sluiting van de mijn Willem-Sophia in het Kerkraadse Heilust. Deze gebeurtenis roept bij Vincken een stroom herinneringen op, die hem, samen met het publiek, in rap tempo langs sleutelmomenten uit de Limburgse mijngeschiedenis voeren: de belofte van een beter bestaan rond 1915, de crisis van de jaren dertig, de roerige oorlogsjaren, de hoopvolle naoorlogse tijd en de ontdekking van aardgas in Groningen in 1960, de doodsteek voor de Limburgse kolenwinning. Het is een geschiedenis waarin Vincken en zijn kameraden (koempels) volledig bedrogen uitkomen. Terug in 1970 doet kleinzoon Sjefke daarom een ultieme poging om het gevoel van eigenwaarde van zijn opa te herstellen. 

Decor

Bij binnenkomst in de Rodahal valt direct het indrukwekkende en imposante decor op. Er is hard gewerkt om een heuse mijngang, mijnschacht en mijnwerkerswoning te creëren. Daarnaast wordt er gebruikgemaakt van een groot projectiescherm, waarop het publiek unieke archiefbeelden van het Limburgse mijnverleden ziet. In die beelden zijn met behulp van een livestreamvideo ook de castleden verwerkt. Dit digitale decor wordt gebruikt om soepel van de ene naar de andere ruimte te schakelen en vormt een unieke combinatie tussen theater en film. Deze beleving is te danken aan Pieter Kuijpers, filmregisseur en samen met Servé Hermans regisseur van Het geluk van Limburg. Het door hem gekozen beeldmateriaal staat volledig in dienst van het verhaal en verdiept de beleving van het publiek.

Hoewel de verstaanbaarheid van de dialogen in de eerste akte door de akoestiek soms wat te wensen overliet, is er bewust voor gekozen het gebruik van het Limburgs dialect tot een minimum te beperken. Zo blijft de voorstelling ook toegankelijk voor bezoekers van buiten de regio. Traditionele Limburgse liederen die wél in dialect worden gezongen, zijn bovendien op het projectiescherm voorzien van ondertiteling.

Al voor de première kregen oud-mijnwerkers de kans om een kijkje te nemen in de Rodahal. Omroep L1 interviewde oud-koempel Jo Wiertz over zijn ervaring: “Toen ik daar binnenkwam en zag hoe ze de bühne gemaakt hadden: kippenvel. Dat het zo mooi gerealiseerd wordt, daar ben je trots op.” Een groot compliment dat door het publiek van de première volmondig werd beaamd!

Sterrencast

Een heuse sterrencast en -crew brengt met Het geluk van Limburg een respectvol eerbetoon aan de oud-koempels. De hoofdrol van Huub Vincken is weggelegd voor Huub Stapel. Met subtiele mimiek en verfijnde lichaamstaal toont hij overtuigend de innerlijke conflicten van zijn personage. Hij wisselt moeiteloos tussen kwetsbaarheid en kracht, passend bij de loop van het verhaal. Ook zijn samenspel met zijn tegenspelers is het benoemen waard: sterk, oprecht en liefdevol.

De cast brengt niet alleen hulde aan de Limburgse mijnwerker, maar geeft ook erkenning aan een verleden met pijnlijke kanten. Zo laat het stuk zien hoe koempel Huub Vincken geregeld wordt gekleineerd door de ‘Hollanders’, de hoge heren van boven de rivieren. Deze neerbuigendheid krijgt gestalte in het personage Albert van Zuylen, de mijndirecteur, gespeeld door Buddy Vedder. Vedder creëert een geloofwaardige en gelaagde vertolking die het publiek volledig meeneemt in het verhaal. Zijn personage is angstaanjagend en zijn acties, die gebaseerd zijn op waargebeurde verhalen, roepen bij het publiek de nodige verontwaardiging en ongeloof op. Fantastisch gespeeld.

Na hun succesvolle samenwerking in Het was zondag in het zuiden haalt regisseur Servé Hermans actrice Magtel de Laat opnieuw naar Limburg voor dit nieuwe theaterspektakel. In Het geluk van Limburg schittert De Laat als Barbera Vincken, de vrouw van mijnwerker Huub Vincken. Met haar krachtige spel en indringende solo Ik leef niet van de lucht weet ze het publiek moeiteloos te raken. In de eerste akte, waarin het verhaal in hoog tempo wordt verteld, vormt deze solo een welkom rustpunt voor het publiek om het geziene te verwerken. De Laats performance laat geen toeschouwer ongeroerd.

In een interview met het Eindhovens Dagblad vertelt De Laat ‘’Barbera is echt vooruitstrevend en haar tijd ver vooruit. (…) Ze biedt tegengas tegen Huub, de kerk en de mijn, alsof ze een stille kracht is die alles in beweging zet.’’ Dit tegengas maakt haar tot een moreel kompas, een tegenstem binnen het verhaal. In ons interview na afloop benadrukt De Laat dat haar personage de stem van het publiek verwoordt: iemand die wél spreekt en wél in opstand komt. In haar overtuigende spel is dit duidelijk terug te zien: Barbera biedt hoopvol tegenwicht aan de uitzichtloosheid en de verstikkende controle die het leven van de mijnwerkers en hun gezinnen in Heilust bepaalde. Haar personage voelt menselijk en herkenbaar.

Nandi van Beurden schittert als de strenge en rechtlijnige Thea Hanssen, de zus van Barbera Vincken. Met grote overtuigingskracht zet ze dit stugge personage neer, zonder haar menselijke kant uit het oog te verliezen. Juist deze stugheid zorgt soms ook voor onverwachte momenten van humor, waarmee ze het publiek aan het lachen weet te krijgen. Gaandeweg onthult ze met subtiele nuances de kwetsbaarheid achter Thea’s harde buitenkant, wat haar rol gelaagd en geloofwaardig maakt. Haar spel raakt op de juiste momenten het hart van het publiek. Bovendien is haar samenspel met de andere acteurs sterk en overtuigend en getuigt van een fijne onderlinge chemie.

Ook vocaal maakt Van Beurden indruk: hoewel de voorstelling weinig ruimte biedt voor solozang, wist zij met enkele korte muzikale momenten diepe indruk te maken. Haar krachtige, loepzuivere stem en haar indrukwekkende vocale expressie brengen de emoties van haar personage glashelder over. Daarnaast bezit ze een sterke podiumprésence. Zonder te overheersen weet ze precies wanneer ze de aandacht naar zich toe moet trekken. Elke scène waarin Van Beurden verschijnt, krijgt daardoor een bijzondere intensiteit.

Ook andere castleden leveren een indrukwekkende prestatie, waaronder Jip Verdellen als Maria, Christopher Hatton als Sjefke Vincken en Xander van Vledder in de dubbelrol van dokter Henri Poels en Pastoor Vaessen. Het theaterspektakel wordt bovendien ondersteund door een ijzersterk ensemble, dat ook meerdere kleine rollen voor zijn rekening neemt. De chemie tussen ensemble en hoofdcast draagt bij aan een overtuigende en dynamische voorstelling.

Opvallend is het personage van ensemblelid Lars Vaessen. In scherp contrast met eerdere, komische rollen zoals in Nacht in de Efteling laat hij zich hier van een heel andere kant zien, als strenge Duitse mijnopzichter. In ons interview vertelt hij: ‘’Het was in het begin even schakelen, maar wat is het heerlijk om even alle remmen los te gooien en lekker smerig te mogen zijn.’’ Dat plezier is duidelijk zichtbaar: zijn spel is overtuigend, soms ronduit angstaanjagend. Als geboren Limburger voelt hij zich zichtbaar thuis op het toneel in Kerkrade en geniet hij ervan zijn Limburgse tongval voluit te mogen laten horen in de liedjes.

Helemaal in de stijl van Toneelgroep Maastricht kreeg ook bij dit theaterspektakel de plaatselijke bevolking een rol. Vrijwillige figuranten uit de regio maakten het geheel compleet en gaven de voorstelling een extra laag authenticiteit. Een prachtig gebaar dat het verhaal nog dichter bij het publiek bracht.

Lof voor de crew

In onze interviews met enkele castleden na afloop kwam de prettige werksfeer en sterke regie vaak ter sprake. Er was volop lof voor de crew. Nandi van Beurden verwoordde het als volgt: ‘’Het is zo’n fijne groep. Als Servé belt, dan kom ik. Bij Servé hebben we tijdens het repetitieproces de vrijheid om alle mogelijke facetten van onze rol en van jezelf te onderzoeken in wat werkt en daarin samen te puzzelen. Dit samenwerkingsproces heb ik eigenlijk nergens anders ervaren dan hier, en daar kom ik altijd graag voor terug.’’

De tekst voor het theaterspektakel werd geschreven door Frans Pollux, die erin is geslaagd zowel de geschiedenis als het persoonlijke verhaal uit het boek van Marcia Luyten ten tonele te brengen. Voor wie zich verder in het verhaal wil verdiepen, is het boek een absolute aanrader.

Feest van herkenning

Voor de première waren oud-koempels en hun echtgenotes speciaal uitgenodigd om de voorstelling bij te wonen. Met zichtbare trots zagen zij hun eigen geschiedenis tot leven komen, juist op de plek waar die zich daadwerkelijk heeft afgespeeld. Huub Stapel gaf eerder in een interview aan dat hij met dit stuk een eerbetoon aan de koempels wilde brengen, en daarin is hij ruimschoots geslaagd. Het gebaar om hen uit te nodigen werd dan ook als hartverwarmend en eervol ervaren. Voorafgaand aan de voorstelling vormden zij een erehaag om het publiek welkom te heten.

Ook tijdens de voorstelling was de betrokkenheid van de eregasten voelbaar. De muziek speelde daarbij een belangrijke rol. De voorstelling werd muzikaal omlijst door liedjes van Carboon en Wiel Knipa, zoals Koempel Sjeng en D’r lange Jan, ondersteund door het prachtige vioolspel van Emil Szarkowicz. Ook Mijn Heilust van Jacques Vinders, wiens levensverhaal centraal staat in het boek waarop de voorstelling is gebaseerd, werd ten gehore gebracht. De prachtige samenzang van de cast maakte diepe indruk, maar ook in de zaal werd uit volle borst meegezongen. Voor de oud-koempels was het een feest van herkenning, vol emotie, herinnering en erkenning. Met opgeheven hoofd en sprankelende ogen vertelden zij tijdens de pauze vol trots over hun werk in de mijnen. Eindelijk werd hun verhaal verteld.

Kameraadschap en saamhorigheid

Het geluk van Limburg is meer dan slechts een musical: het is een krachtig eerbetoon aan het kameraadschap en de saamhorigheid in de mijnstreek. Dankzij de bevlogen cast en crew wordt het verhaal van de mijnstreek niet alleen verteld, maar ook gevoeld. De identiteit, de pijn en trots van Limburg klinken door in elke scène en ieder lied. Het beladen verleden wordt tastbaar en toegankelijk voor een nieuwe generatie, wat bijdraagt aan de kennis en waardering voor het Limburgse mijnverleden. Dit theaterspektakel is een bijzondere ervaring die een blijvende indruk achterlaat.

Het geluk van Limburg is nog tot en met 16 november 2025 exclusief te zien in de Rodahal in Kerkrade.

Kijk voor meer informatie op https://www.hetgelukvanlimburg.nl/

Verslag: Rowena Kat
Foto’s: Mariska Steenbergen