Het is geen musical, geen muziektheater, maar iets dat je nog niet eerder hebt gezien! ‘Grote Woorden’ is een nachtelijke zoektocht naar de macht van het gelogen woord. Althans, zo was de omschrijving in de uitnodiging.

Cabaretduo Piepschuim, bestaande uit Cor Burger en Robbert Koekoek, zoekt naar antwoorden op de vraag hoe het komt dat wij mensen zo weinig interesse hebben in de waarheid. Dit doen zij in de vorm van muzikaal cabaret; veel muziek, cabaret, een filosofisch verhaal, fysiek theater en een enorme berg energie.

Punt is natuurlijk wel dat als de kern van de voorstelling gaat over ‘wat is waar(heid)’ en ‘wat maakt het eigenlijk uit wat er staat’, dit verslag behoorlijk aan geloofwaardigheid verliest. En als wij zeggen dat deze combinatie tussen alle theaterdisciplines tot een unieke show met een maatschappelijke relevantie leidt, is daar geen woord aan gelogen, toch? ‘De pen is machtiger dan het zwaard’ is één van de taal puriteinse one-liners uit de voorstelling.

Onder regie van Vincent van den Elshout zien wij aan het begin van de voorstelling de mannen opkomen in het decor van Ellen Windhorst. Met doeken aan het plafond om de speelruimte intiemer te doen lijken en een typemachine prominent in de spotlight. Robbert begint met het typen (in de maat) en het eerste nummer vangt aan.

Een hoop muziek, veel instrumenten en het verhaal over een dronken man op weg naar… ja waar naar toe eigenlijk? Op zijn pad komt hij mensen tegen of dwaalt hij af met anekdotes. De teksten en compositie zijn van Cor’s hand en het fysieke spel is vormgegeven door Robbert. Dit fysieke spel komt vooral tot zijn recht als Robbert met een sjaal een hond uitbeeld en ‘de hond uitlaat’. Even later is diezelfde sjaal een wandelstok van de oude buurvrouw van de dronken man. Met een beetje fantasie zie je het er ook echt wel in. En dat is nu net iets unieks aan de mens. “Alleen de mens is in staat tot fictie en leugens”, aldus een volgende anekdote. De scenes volgen elkaar in snel tempo op en soms zijn wij even de draad kwijt. Het publiek wordt verzocht een gemiddelde bezoeker van Oerol in zich op te nemen. Met daaropvolgend een lied over een man in een Bermuda waar het hele Oerol niet in voor komt. Gelukkig is daar Robbert die ons met een fantastisch instrumentaal nummer op de saxofoon weer uit de twijfel trekt en ons laat genieten van zijn virtuoze talent. “Daar mag ik dus naast staan he?” meldt Cor met trots.

Als Cor overlijdensberichten voorleest met taalfouten er in, is het wat gereserveerde premierepubliek eindelijk ook wat losser in de lach. Dat de oma die gecremeerd wordt altijd al het warme middelpunt van de familie was is dan ook echt wel een grappige taaltwist. Maar het laatste bericht rukt ons uit het lacherige sfeertje. Als inleiding op het volgende lied leest Cor de advertentie van enkele jaren geleden voor van de vader Peter die zichzelf en zijn twee kinderen het leven ontnam door voor de trein te springen. Een siddering door de zaal. Het lied start in met de omschrijving van het ochtendritueel van die man. Die moet toch die kinderen hebben aangekleed, vragen beantwoord hebben ‘waar gaan we naar toe, pappa?’ Het wordt een vrouw uit het publiek teveel. Vol emotie stormt ze weg. De zaal luistert ademloos naar de rest van het nummer. Een iets langere pauze er tussen volgt en dan toch weer door.

Een wat Veldhuis en Kemper-achtig nummer over duo’s volgt en Cor vraagt zich af wat hij zou moeten zonder Robbert, een ode aan het cabaretduo zelf. Precies de juiste toon op het moment in de voorstelling. Als daarna toch ook wat publieksparticipatie wordt verwacht gaat de toch wat mager gevulde zaal er vol voor. De mannen zingen enthousiast mee met de zin ‘was ik maar homoseksueel’ en de vrouwen klappen aanmoedigend op de maat mee.
Toch weer even terug naar dat moraal. ‘Als de wens vader is van de gedachte…. dan zijn dus eigenlijk de gedachtes de kinderen van de wens’. Daar mag u rustig even over nadenken. En met daden zijn nooit oorlogen begonnen maar met woorden. ‘De mens is dan ook de enige soort die zelf woorden heilig verklaren, terwijl we weten dat het niet waar is wat er staat. De enige soort die kan liegen, die fictie bedenkt, fictieve goden en daar een waarheid aan hangt.’ Na ruim anderhalf uur komen we bij de clou van de avond… of is het einde toch weer niet het einde? We misten nog een liefdeslied dus het duo trakteert het publiek op een toegift zodat we met een goed gevoel en enige staat van verwarring de zaal kunnen verlaten.  Grote Woorden had een lange aanloop naar deze premièredatum maar gaat ook nog een lange periode het land in.

Als je dus wilt weten of er ook maar iets waar is van dit verslag… zul je toch echt zelf moeten gaan kijken! Kijk voor de data op www.piepschuim.com

Mariska Steenbergen